Verwarm de oven voor op 175° C en bekleed een bakplaat met bakpapier

Snijd de vanillepeul doormidden en schraap het merg uit de peul.

Leg de boter, vanillemerg en de suiker op het werkblad en strooi er een snuf zout overheen. Wrijf de ingrediënten door de boter, tot ze goed zijn gemixt. Voeg het ei toe en meng met de boter. Blijf nu wrijven tot de suiker is opgelost en de boter een witte crème is geworden. Dit duurt ongeveer 15 minuten.

Voeg de bloem toe aan de boter en meng door elkaar. Zorg dat het deeg mooi zalvig is. Schraap het deeg bij elkaar met de krabber en vul de spuitzak. Spuit het deeg op de bakplaat in een zigzagbeweging, in lange banen van 5 centimeter breed.

Zet de spritsen in de oven en bak ze in 20 minuten af tot ze goudgeel en gaar zijn.

Haal de koeken uit de oven en snijd ze direct in stukken. Laat de spritsen afkoelen op een rooster.